Hedwige Baeck-Schilders      08-05-2012

Spreekster schetst eerst kort de reizen die F. Liszt in Antwerpen bracht vooraleer in de jaren 1880 bij V. Lynen te logeren: 1841 (concert) en 1854 ('toerisme' met dochters).

De familie Lynen kwam uit een familie van Kupfermeister uit Stolberg waar zo een hele beroepsgroep sedert de zestiende eeuw succesvol aan de slag was vanwege het messingmonopolie waarover Stolberg beschikte. Men huwde binnen de beroepsgroep. Het monopolie verviel echter in de achttiende eeuw en dit verklaart de komst van William Lynen naar Antwerpen en het overschakelen naar handelsactiviteiten. Victor, geboren in 1834 in Antwerpen, was één van diens zonen en huwde echter, traditiegetrouw, nog met een nicht uit Moskou, Marie Könemann. In 1865 vestigde de familie zich op de Leopoldlei. Het echtpaar had 7 kinderen waarvan er drie de volwassenheid bereikten. V. Lynen stierf vrij onverwacht op 2 oktober 1894 in zijn villa in Baden-Baden om op 8 oktober in Antwerpen begraven te worden.

Victor Lynen trad snel in de voetsporen van zijn vader en had al op 19-jarige leeftijd een eigen bedrijf. Ontplooide handelsactiviteiten door participatie in diverse firma's in Zuid-Amerika (Buenos Aires en Montevideo), onder meer in vleesextracten waarbij het procedé van Liebig werd verbeterd. Werd consul van Chili. Beheer van banken (Banque de Crédit Commerciale), bestuurder van diverse vennootschappen o.m. beheer van haveninstallaties in Antwerpen. Hij was dan ook bijzonder vermogend. Hij werd voorzitter van het uitvoerend comité van de Wereldtentoonstelling van 1885. Dit werd zeer erg gewaardeerd waardoor hij heel wat eretekens kreeg: Commandeur Leopoldsorde, Légion d'Honneur, Italië. Was lid van diverse loges: La Libre Pensée, Les Amis du Commerce en grootmeester van de Grand Orient. Filantroop en liberaal politicus. Hij was ook mecenas en kunstverzamelaar en stimuleerde Lamorinière, Verlat en F. Van Kuyck. Op zijn huisconcerten kwamen diverse internationale artiesten.

De patriciërswoning: van Lynen situeerde zich in eerste instantie op een terrein van 2970 are op de hoek van de Leopoldlei (Belgiëlei) (rondpunt) en de latere Nerviërsstraat. Was een zeer mooi stadspaleis met een middenrisaliet en twee vleugels van architect Servais. Lynen breidde zijn terrein uit tot 5130 are en er verschenen nog bijgebouwen in de tuin. Na de dood van Lynen werd de woning opgesplitst in verschillende percelen en meer en meer vervangen door gebouwen van wisselende kwaliteit hoewel een uitkijktorentje uit de tijd van Lynen nog steeds aanwezig is.

Liszt logeerde bij Lynen in 1881, 1882, 1885 (Wereldtentoonstelling) en 1886. Dit was telkens een gelegenheid om huisconcerten banketten en bals te organiseren (tot 200 à 400 personen), alsook met de meester de stad te bezoeken. Alleen bij het laatste bezoek in 1886 was de woning van Lynen een oord van rust voor de vermoeide componist die een lange reis achter de rug had.
I.D.

Bibliografie
- E. Baeck en H. Baeck-Schilders, "Victor Lynen, Antwerpse gastheer van Franz Liszt", in: Tijdschrift van de Franz Liszt Kring, Den Haag, 2012, pp. 10-24.
- H. Baeck-Schilders, "Geschiedenis en architectuur van het Antwerpse herenhuis van Victor Lynen", in Post Factum 5, Jaarboek van de Provinciale Commissie voor Geschiedenis en Volkskunde, Provincie Antwerpen, 2013, pp. 5-18.
- E. Baeck en H. Baeck-Schilders, "Victor Lynen (1834-1894), een Antwerpse tycoon van Duitse komaf", in: HistoriANT 2013 , pp. 83-109.

Victor Lynen, Antwerpse gastheer van Franz Liszt